Thomas Rueb beantwoordt de vragen van ons estafette-interview Online met… Thomas is verslaggever van NRC. ‘Dat wil zeggen dat ik voor de krant overal inzetbaar ben, op elk onderwerp, op elk moment.’
‘Wij vergaderen ’s ochtends en bepalen wat er de volgende dag in de krant moet komen. Dan kan het gebeuren dat je meteen op pad gestuurd wordt naar rel A of dorp B voor een reportage. Tussen het snelle werk door jaag ik mijn eigen passieprojecten na, meer op het terrein van de slow journalism. De afgelopen tijd schreef ik over een Marokkaans-Nederlandse politieagent die door collega’s werd gearresteerd, omdat ze niet geloofden dat hij echt agent was. Of een man die al veertig jaar elke dag van de week naar de rechtbank gaat om op de publieke tribune te zitten. Mijn grote liefde is participerende journalistiek, zoals die keer dat ik voor de krant ayahuasca dronk, lianenthee uit de Amazone, om hardcore hallucinerend de krochten van mijn psyche te verkennen. Dat is zo’n beetje de reikwijdte van mijn onderwerpen.
Welk boek uit je boekenkast zou je nooit inruilen tegen een e-book?
Toen ik Song of Solomon van Toni Morrison las, ergens halverwege de middelbare school, wist ik het zeker: ik ging schrijver worden. Boeken, dikke boeken, hele dikke boeken. Dat heeft zich vooralsnog beperkt tot hele dikke kranten, maar het schrijven begon daar. Ik heb het nog steeds, dat boek, vergeeld en gekreukt. Het gaat over Milkman, een zwarte Amerikaanse jongen in tijden van segregatie, die zijn familiegeheim probeert te ontrafelen. Het is een bijbels aandoend verhaal vol magisch-realistische elementen, verleden en heden vloeien vlekkeloos samen. Dat boek toonde me hoe mooi schrijven kon zijn. O, en e-books, vroeg je? Ik lees alleen de krant digitaal.
Wat is je laatst gedownloade app?
‘Oef, even denken. Ik geloof een app waarop ik gitaarakkoorden kan opzoeken. Nog niet zoveel succes mee beleefd.’
Wie was je leermeester?
‘Rob Wijnberg was dat aanvankelijk, hij was hoofdredacteur van nrc.next toen ik daar begon. In principe heb ik mijn carrière zo’n beetje aan hem te danken: hij nam me aan bij de krant. Rob leerde me breder denken over journalistiek, voorbij de krant van morgen. Mijn andere leermeester zou Hans Nijenhuis zijn, een geweldig inspirerende krantenmaker die beter dan iedereen weet hóe je een verhaal moet brengen. En journalisten als Janneke Koelewijn, Gretha Pama, Carola Houtekamer… Ik leer graag van mensen die beter zijn dan ikzelf.’
Hoe beleeft de consument jouw merk over vijf jaar?
‘Hopelijk enigszins hetzelfde. De journalistiek schuift natuurlijk in rap tempo op van papier naar online, NRC ook, maar dat is in eerste instantie een verschil in drager. Goede journalistiek is goede journalistiek, gemaakt door goede journalisten, of het nu op papier is of online. Over vijf jaar maakt NRC nog steeds goede journalistiek. Maar de komende vijf jaar moeten we alle kansen die online biedt, aangrijpen. We moeten experimenteren met nieuwe vertelvormen en zo een nieuw publiek aanspreken.’
Online zal printmedia in de toekomst overbodig maken. Eens of oneens?
‘Overbodig? Dat denk ik niet, maar papier wordt uiteindelijk een bijproduct, niet de hoofdzaak. Dat zou het nu eigenlijk al moeten zijn! Als mensen zeggen ‘de toekomst ligt online’, dan moet ik een beetje zuchten: de toekomst is al aangebroken.’
Stel, je krijgt de mogelijkheid en de middelen om een nieuw medium te creëren, wat zou dat zijn?
‘Iets duurs, dat de beschikbaarheid en betrouwbaarheid van goede journalistiek voor de hele mensheid voor eeuwig zal veiligstellen. Een website, ofzo. In 3D. Met hologrammen. Gratis. Nee, flauw. Maar elk nieuw medium zou één ding in ieder geval moeten: keihard jagen op het jonge publiek dat voor traditionele media steeds moeilijker te vangen is.’
Welk crossmediaal concept vind je goed geslaagd?
‘Ik ben altijd wel onder de indruk van Vox. De manier waarop tekst, beeld, video en statistiek met elkaar zijn verweven levert, soms, meer op dan de som der delen: een crossmediale journalistieke ervaring die je dieper raakt dan alleen tekst of beeld, en waar je dus meer van leert. Kijk dat interview met Barack Obama nog maar eens terug. Behoorlijk indrukwekkend.’
Ben je het eens met de stelling ‘Social media zijn geen betrouwbare nieuwsbron’?
‘Betrouwbaar, nee. Daarvoor zijn sociale media te veel een meningen-etalage waar feiten altijd zullen sneuvelen onder de verleiding van een groot bereik. Maar als bron voor verhaalideeën en invalshoeken zijn sociale media inmiddels onmisbaar. Je moet alleen alles dubbelchecken.’
Aan wie geef je het stokje voor dit interview door en waarom?
‘Dat geef ik graag door aan Haro Kraak. Hij is redacteur en mediacolumnist voor de Volkskrant, een generatie- en geestgenoot, en gekmakend productief. Hij schreef ook nog eens een geweldige roman, Lekhoofd, die deze maand uitkwam.’